Tweede bericht.
De vorige keer was de vraag: Wat is een goede budoka? En we kwamen er achter dat een goede budoka een budoka is die studeert. Maar wat maakt dan een goede budostudent? Het zou wel flauw zijn om hier dan geen antwoord op te geven.
In de vorige blog kwamen we er ook achter dat de wil om student te zijn, jezelf te willen verbeteren, centraal staat. Iemand die op zoek is naar het veilige gevoel van: ‘er al zijn’, die kan beter wat anders gaan doen. Hou het onzekere gevoel van: ’doe ik het wel goed?’ Het antwoord is dan steevast:’ Nee, maar je bent misschien lekker op weg’.
Je moet dus plezier hebben het bewandelen van de weg van de student. Dus een zwarte band is geen eindpunt. Het begint dan pas echt. Vergeet het eindpunt. Er is meer budo dan in een heel leven kan worden geleerd.
In onze dojo hangen aanbevelingen voor de budostudent. Ik pak de belangrijkste er uit:
Wees eerlijk, hou jezelf niet voor de gek
Dit heeft niets met ethiek te maken.
Alle mensen hebben de neiging om zichzelf in meer of mindere mate voor de gek te houden. Dit heeft te maken met, wat psychologen noemen, voorkoming van cognitieve dissonantie. Mensen zien zichzelf graag als goed en competent. Informatie die niet strookt met dit zelfbeeld kan dit zelfbeeld verstoren. En dat geeft mogelijk een (rot)gevoel van slechtheid en/of incompetentie. Voor een onzekere persoon kan dit heel erg zijn. Een uitweg kan zijn om jezelf te verbeteren. Maar wanneer is het genoeg?
Maar u kunt de informatie ook negeren en in een fantasiewereld leven. En dat laatste is het makkelijkste. En dat gebeurt dan ook veel. Bij gezonde mensen! Het kan zelfs zo ver gaan dat eerder gebruikte logica in het denken wordt verdraait, zodat de uitkomst beter verteerbaar is. Een niet gehaald tentamen was achteraf dan toch niet zo belangrijk. Of het is niet zo erg dat er is gefaald, want er was niet zo serieus gestudeerd. Was er wel serieus gestudeerd, dan was het niet halen van het tentamen mogelijk een bewijs van mindere competentie en dat kan natuurlijk niet! Maar natuurlijk wordt er van te voren bepaald of er hard wordt gestudeerd en niet achteraf.
Het “ Wir haben es nicht gewusst” is natuurlijk ook een bekende. De werkelijkheid was voor veel Duitsers in de oorlog zo verschillend van het zelfbeeld, dat veel Duitsers vervelende informatie (vernietigingskampen, ed.) niet wilden accepteren en zeker niet opzochten. En zolang de Russen niet op de stoep stonden, was er goed mee te leven. En de Duitse overheid faciliteerde dit natuurlijk. Daarom maakt propaganda altijd gebruik van het psychologische mechanisme voorkoming van cognitieve dissonantie, want het laat mensen hun logica verdraaien tot een aangename fantasiewereld.
Het probleem met een aangename fantasiewereld is echter wel dat zowel de drang, als de mogelijkheid tot verbeteren verdwijnt. Dat de drang wegvalt, in een perfecte wereld, is te begrijpen. Maar om iets te kunnen verbeteren, moet men de huidige situatie in kunnen schatten. Overheidsbeleid moet bijvoorbeeld de huidige situatie en de wenselijke situatie naar elkaar toe brengen. Maar als beleidsmakers er vanuit gaan dat we eenvoudig op wat te ruime voet hebben geleefd, omdat dat een aangenamere werkelijkheid is dan dat we een groot probleem met corruptie hebben, dan zal het beleid op bezuiniging en niet op reiniging zijn gebaseerd. En inderdaad hebben we ook hier met propaganda te maken die dit faciliteert.
Het bijzondere van krijgskunst is dat, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de wereld van de bestuurlijke overheid, het leven in een fantasiewereld sneller wordt afgestraft. Het Japanse gezegde luidt: “ Baka wa shinanakya naoranai”. Alleen de dood geneest een dwaas. Hele legers zijn vernietigd, omdat generaals zich in een fantasie hulden. Daarom zegt Sun Tzu: “ Ken uzelf én uw vijand en u zal in alle gevallen overwinnen”.
Maar dit vereist moed. Moed om met onzekerheid en minder leuke beelden om te gaan. En de acceptatie van een situatie. Daarom oefende het zenboeddhisme ook een enorme aantrekkingskracht uit op samurai. Hierin is acceptatie van het zelf en de situatie belangrijk. Niet vanuit een gelatenheid of defaitisme, maar vanuit een pragmatische opstelling dat een acceptatie van de situatie het pas mogelijk maakt er het werkelijk het beste van te maken.
En dat beste is soms geweldig.
ps: een leuk filmpje over een zwaardstudent:
Dewa mata,
Max