Derde bericht.
De vorige keer keken we naar een belangrijke voorwaarde om een goede budostudent te kunnen zijn: Hou jezelf niet voor de gek.
Een andere voorwaarde is: Wees kritisch!
Mensen doen al gauw dingen die ze hebben geleerd. Zonder zich af te vragen waarom. Soms is de traditie zelfs niet zo handig.
Een voorbeeld:
Een dochter keek eens naar haar moeder die vlees wou gaan stoven. De moeder sneed een puntje van het vlees en gooide het weg. De dochter vroeg: “Mam, waarom snij je een puntje van het vlees?”. Het antwoord was dat de moeder van de moeder het ook deed. En dat vlees was toch altijd lekker? Toen de dochter bij haar oma hetzelfde vroeg, kreeg ze ook hetzelfde antwoord. Gelukkig was de overgrootmoeder nog in leven en kon ook zij de vraag beantwoorden. Maar het antwoord was anders: “Vroeger had ik een pan die niet zo groot was en daarom sneed ik er altijd een puntje af, zodat het vlees beter in de pan paste.”
Hoewel dit doorsnee menselijk gedrag is, kan een krijger zich dit niet veroorloven. De geschiedenis staat bol van generaals die zich op de vorige oorlog voorbereiden omdat dat de traditie is. En van de enkele generaal die dat niet doet. En daarmee dan ook overwinningen behaalt. In het verhaal van hierboven was alleen de laatste dochter eventueel geschikt als budostudent.
Het moeilijke is dat er in de beoefening van krijgskunst veel traditie voorkomt. Kledingvoorschrift, budo etiquette, etc. Dat is goed. Die traditie heeft een reden. Het waarborgt de juiste mentale en fysieke setting van les. Alles heeft een reden en een plaats. Maar de leraar moet het wel uit kunnen leggen. Traditie om de traditie maakt de geest rigide en het lichaam stijf.
Wie denkt dat hij kritischer is dan de hierboven beschreven huisvrouwen bedenk dit eens:
Bij de meeste aikido scholen mogen de leerlingen vanaf ongeveer de blauwe band een hakama (Japanse broekrok) dragen. Meestal wordt dit als een teken van rang beschouwd en stappen de dragers trots als een pauw rond.
Ik las eens een vertaald interview, van een aantal jaren geleden, met een van de oudere leerlingen van Ueshiba O Sensei. Ik ben vergeten wie precies, maar het is wel leuk. De vraag, aan de nu oude, man, was wanneer iemand nu eigenlijk een hakama moest dragen en welke kleur nu eigenlijk de goede was.
Volgens Ueshiba moest iedereen in de dojo een hakama dragen. Zonder dat liep je in je ondergoed en dat accepteerde hij niet! Aangezien we over begin 20’ste eeuw praten, was Ueshiba nog ouderwets en de meeste van zijn leerlingen leefden in een Japan waar hakama op dat moment niet als vooruitstrevend werden gezien. En net als nu waren hakama duur. Dus zijn leerlingen leenden meestal een hakama van hun opa. Het gevolg was een bonte verzameling van divers gedessineerde hakama in allerlei kleuren.
Na de tweede wereldoorlog was de gemiddelde Japanner, net als de gemiddelde Nederlander, arm. Er was gebrek aan alle grondstoffen. En zonder hakama kwam je bij Ueshiba de dojo niet in. Één soort stof echter, was er na de oorlog in overvloed: verduisteringsgordijnen. En die waren meestal zwart. Dus liep men na de oorlog meestal in zwarte hakama.
Omdat verduisteringsgordijnen van goedkope stof waren gemaakt, waren de naoorlogse hakama een kort leven beschoren. Toen de leerlingen van Ueshiba zelfstandig les begonnen te geven en met naoorlogse armoede werden geconfronteerd, was hun oplossing vaak dat de leerlingen de tijd werd gegund om te sparen voor een hakama. Maar zo rond de blauwe band moest het dan wel geregeld zijn.
Zo zie je dat de noden van de omstandigheid tradities creëren.
Is er dan ook een budotechnische reden om een hakama te dragen, of is het alleen een fatsoenskwestie van begin 20’ste eeuw?
Wanneer je een hakama draagt kan een ander de stand van je voeten niet zo goed zien en dan wordt het veel moeilijker om snel te zien welke kant je hara op gaat. Vooral met aiki Jutsu/do en kenjutsu kan dat erg handig zijn. Een andere traditie is dan dat een leraar de pijpen van zijn hakama als een luier opstroopt. Dan kunnen de leerlingen immers beter zijn voeten zien!
Welke kleur is dan de beste?
In de Japanse cultuur hebben tegenwoordig bepaalde kledingkleuren bepaalde betekenissen. Traditie, door de noden van de omstandigheden, ooit gecreëerd. Bij een kledingstuk, waarmee ik op mijn knieën moet zitten, zou ik voor een kleur kiezen die niet aflaat en waarop vlekken niet zo goed zijn te zien. En aangezien je je kleding zelf draagt, moet je er je lekker in voelen. Als je dat in paars gestippeld wilt doen en de sterren van de hemel kunt vechten…
Mocht je vinden dat Japanners erg traditioneel zijn, bedenk dan wel dat op haar krijgskunstige hoogtepunt Japan anders was dan nu. De Japanners hadden de modernste tactieken voor het gebruik van handvuurwapens.
Toen in 1603 het Tokugawa shogunaat werd gesticht werd ook het confucianisme ingevoerd in Japan. Dit moest het onderling oorlogje voeren verminderen en het besturen makkelijker maken. Belangrijke kenmerken zijn namelijk, plicht, doen wat je wordt gezegd, traditie en met een sausje van gehoorzaamheid. En vuurwapens werden verboden.
Alles heeft dus een reden. Soms zijn die redenen niet meer geldig. Je eigen stijl is nooit de beste, hoogstens een goed medium om de essentie van budo te begrijpen. Maar dat werkt alleen maar wanneer je vraagt waarom. En denk niet dat je een goede budoka wordt door klakkeloos alles van je leraar te kopiëren. Hou er echter wel rekening mee dat niet alles direct al is uit te leggen of te begrijpen.
Wees kritisch!
Dewa mata,
Max